23.01 – Rousseau
Inleiding
Jean-Jacques Rousseau schreef zijn laatste boek Les rêveries du promeneur solitaire (1782) voor zichzelf. In De solitaire wandelaar, zoals het in de nieuwe vertaling heet, lezen we geen filosoof die een systeem bouwt, maar een gebroken ego dat vecht om overeind te blijven en dat doet door te schrijven. De tekst weerspiegelt, in tegenstelling tot de teksten van veel filosofen voor hem, de tragedie van de onoplosbare dubbelheid van het menselijk bestaan. De oude Rousseau heeft zoveel tegenstand in zijn leven ondervonden dat hij zich genoodzaakt voelt de eenzaamheid te koesteren, maar door deze koestering heen weerklinkt steeds een verlangen naar verbondenheid met anderen. Rousseau is de verloren mens, wanhopig en tegen beter weten in op zoek naar de oorsprong. Hij is de eerste in de westerse filosofie die deze tragedie beschrijft in plaats van deze door middel van het schrijven te boven te komen. Met Rousseau wordt de moderne mens geboren.
Voor wie
Voorkennis is niet nodig, maar het is wel raadzaam het boek al gelezen te hebben.
Wat gaan we doen
In dit weekend gaan we met Ruud Welten close-reading doen van deze fascinerende tekst die het midden houdt tussen filosofie en literatuur.
Studiemateriaal
Jean Jacques Rousseau, De solitaire wandelaar, Groningen: historische uitgeverij 2021
Podcast
Meer weten over Rousseau’s ideeën over democratie? Luister dan hier onze aflevering over Rousseau met Annelien de Dijn.